Vijf redenen om je farmacieproces kritisch te bekijken
Voldoen aan de eisen van medicatieveiligheid en tegelijkertijd de bedrijfsvoering van je farmaceutische dienstverlening goed regelen? Hoe pak je dat als organisatie in de ouderenzorg, gehandicaptenzorg of geestelijke gezondheidszorg op een makkelijke manier aan?
Waarom zou ik als zorgorganisatie naar het farmaceutisch proces in mijn organisatie en de samenwerking met de huidige apotheek of leverancier moeten kijken?
Hierop zijn meerdere antwoorden mogelijk, die stuk voor stuk valide zijn.
1. Bestuurder is eindverantwoordelijk
Een eerste antwoord is omdat de bestuurder van de zorgorganisatie eindverantwoordelijk is voor de kwaliteit van de farmaceutische zorg. Het is een misverstand, dat de bestuurder deze verantwoordelijkheid kan delegeren aan een apotheker.
2. Risicovol proces
Het medicatieproces is risicovol. Gemaakte fouten kunnen grote gevolgen hebben. Daarom moet de farmaceutische zorg voldoen aan uitgebreide wet- en regelgeving, waarop de Inspectie Gezondheidzorg en Jeugd (IGJ) intensief en streng toezicht houdt.
3. Complexe samenwerking
Om goede farmaceutische zorg te kunnen leveren moeten cliënten (in GGZ-instellingen wordt gesproken over patiënten), artsen, apotheek, verpleging en verzorging en management van de zorgorganisatie goed samenwerken. Laat één van de partijen een steek vallen, dan kan de kwaliteit van de farmaceutische zorg in het gedrang komen.
Essentieel is dat ICT-voorzieningen de farmaceutische zorg goed ondersteunen. Vanuit kwaliteitsoogpunt wil je immers dat de artsen en de apotheek werken op basis van een zogenaamde “closed loop”. Dit houdt in dat de medicatiegegevens in het dossier van de arts voor honderd procent overeenkomen met de gegevens in het systeem van de apotheek.
Werk je met een elektronisch voorschrijf systeem (EVS) dat eigendom is van de zorgorganisatie of gebruik je de voorschrijffunctionaliteit van de leverende apotheek? In dat laatste geval creëer je automatisch een “vendor lock-in”*: je wordt (nog) meer afhankelijk van de leverende apotheek.
*vendor lock-in maakt een klant afhankelijk van een leverancier voor producten en diensten, omdat hij niet in staat is van leverancier te veranderen zonder grote omschakelingskosten of veel ongemak.
4. AVG
Vervolgens is, mede dankzij de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) die 25 mei van kracht wordt, ook het omgaan met privacygevoelige gegevens een kritisch punt.
5. Marktconform
Tot slot wil je als zorgorganisatie weten, waarvoor je betaalt en/of het marktconform is. En dat is door intransparante kostenstructuren soms niet mogelijk.
Achtergrond
Sjaak Kraaij, managing consultant bij Intrakoop, was enkele jaren verantwoordelijk voor de logistieke processen in de ziekenhuisapotheek van het Erasmus MC. Daar leerde hij de apotheekoperatie van binnenuit kennen. Sinds 2013 heeft hij tientallen zorgorganisaties begeleid bij selectietrajecten en heronderhandelingen voor het aangaan van een contract met een (nieuwe) apotheek. Ook verzorgt hij bij zorgorganisaties het contractmanagement voor de farmaceutische zorg.
Deel dit artikel
Neem contact op
Wil je meer weten over grip op medicatieveiligheid en bedrijfsvoering? Neem contact op met